Joop Daalmeijer: ‘Bij alle praatprogramma’s en talkshows is de journalistiek soms flinterdun’

Sinds begin jaren ‘70 is Daalmeijer actief binnen de omroepwereld en werkte hij als journalist voor de Vara en Veronica. Hierna vervulde hij diverse bestuursfuncties voor Veronica, NPS, RTL, NVJ en NTR en was hij enige tijd netcoördinator van Nederland 1 en 2. Sinds 2011 is hij actief voor de Raad van Cultuur.

De laatste weken is er veel te doen over journalistiek binnen de publieke omroep, waaronder campagnevideo’s voor Forum van Democratie die door Jort Kelder werden gefinancierd, de bemoeienis van voorlichters van Sigrid Kaag met haar documentaire, de oproep van journalisten van de NOS en de NTR aan Shula Rijxman van de NPO om zich in deze discussies te mengen, Talitha Muusse die in een interview suggereert dat er sprake is van politieke druk op interviewers van Op1. Volgens Joop Daalmeijer is het belangrijk dat omroepen vastleggen wat de kaders zijn van omroeppersoneel, maar ook de journalistieke activiteiten.

Jort Kelder
Dit geldt volgens hem ook bij de ontstane situatie rondom de indirecte financiering van FvD-promotiefilmpjes door Op1-presentator Jort Kelder. Daalmeijer: ‘De eerste vraag die we moeten beantwoorden is bij wie Jort Kelder in dienst is. En of dat een dienstverband voor onbepaalde tijd is, of een ZZP-overeenkomst. In de overeenkomst zal in ieder geval moeten staan hoe Jort Kelder zich dient op te stellen. Is hij gebonden aan de identiteit van de omroep en of hij vrij om naast deze overeenkomst andere dingen te doen, etc. Dat bepaalt zijn speelruimte. Als dat allemaal niet is vastgelegd kan hij natuurlijk doen wat hij wil. Staat echter alles wel duidelijk beschreven, dan ligt hier een taak voor de hoofdredacteur van de omroep waar hij in dienst is.’

Kaag documentaire
De VPRO kwam negatief in de media door de bemoeienis van voorlichters van Sigrid Kaag met haar VPRO-documentaire. Daalmeijer vraagt zich af in hoeverre er van te voren door de maker kaders zijn vastgelegd wat er wel en niet in de documentaire aangepast mag worden. Hij is niet te spreken over de wijze hoe voorlichters getracht hebben invloed uit te oefenen op de documentaire.

Daalmeijer: ‘Bij Sigrid Kaag zijn op verzoek van D66 en het ministerie van Buitenlandse Zaken aanpassingen gedaan aan de documentaire. Misschien is dat vastgelegd in een overeenkomst tussen de maker en Kaag of departement. Als dat zo is ben ik heel benieuwd naar die betreffende overeenkomst. Bij dagbladen wordt bij interviews door de geïnterviewde soms autorisatie geëist. Dan kunnen onnauwkeurigheden worden hersteld, maar niks meer dan dat. En alleen in de citaten. Bij radio en TV wordt dat ook wel eens gevraagd. Hoe wordt er gemonteerd? Wat komt er na mijn citaat. Wie zijn de andere geïnterviewden. Welk beeldmateriaal wordt gebruikt. Ik ben persoonlijk tegen autoriseren van geschreven interviews. Heb dat zelf nooit gedaan. Als er iets fout staat in een interview, volgens mij, stuur ik daarna wel een ingezonden brief. Bij interviews of radio en TV heb ik nooit zoiets meegemaakt. Wel dat er heel lang geïnterviewd wordt en dat er dan heel veel kleine fragmenten worden gebruikt. Soms zonder de context. Maar wat is er bij Kaag vastgelegd? Dat van die champagneglazen en autogordels is natuurlijk heel erg dom. Je weet dat er gefilmd wordt. Gebruik dan geen champagne en doe net als ieder ander verstandig mens je autogordel om. Vragen om dat weg laten monteren is vragen om problemen. Wat een domheid!‘

Talitha Muuse
Voormalig Op1-presentatrice Talitha Muusse meldde onlangs in het programma Media Inside dat er politiek druk op haar werd uitgeoefend. Ook vertelde ze dat haar werkgever KRO-NCRV haar benadrukte dat ze niet alles kon zeggen tegen Haagse politici tijdens de uitzending. Volgens Muusse had haar vertrek bij Op1 onder meer te maken met haar activistische karakter dat niet zou passen bij de omroep. Tot op heden heeft Muusse deze mogelijke politieke invloed overigens nog niet met bewijslast aangetoond. Volgens Joop Daalmeijer is er onderzoek nodig hoe dit conflict is ontstaan.

Joop Daalmeijer: ‘Bij Talitha Muusse ben ik erg benieuwd of zij wist dat ze een overeenkomst had met KRO-NCRV. En dat ze wist wat de standpunten waren van deze omroep. Wat is de identiteit van de omroep? We hebben in Nederland gekleurde omroepen. Steeds minder, maar toch. Dan worden door de omroep standpunten vertegenwoordigd en daar heb je je als medewerker aan te houden. Ik kan me niet voorstellen dat medewerkers van de EO de bijbel ontkennen. Of dat ze Geloof onnuttig of onzindelijk vinden. Datzelfde geldt voor mensen die bij KRO-NCRV werken. Maar voor dit conflict is echt een onafhankelijk onderzoek nodig, na haar beschuldigingen aan het adres van KRO-NCRV. Wat is er nou echt gebeurd? Ze zat natuurlijk naast een zeer gerespecteerd en zeer goede interviewer Sven Kockelmann. In het kader van de rolverdeling zou ik me kunnen voorstellen dat Sven de lead neemt in politieke interviews. En dat daar afspraken over gemaakt worden als het interview wordt voorbereid. Maar we weten het nu niet. Onderzoeken dus maar.‘

Shula Rijxman
Bij journalisten en makers van NOS, NTR en Nieuwsuur heerste er deze zomer grote onvrede over de leiding van de publieke omroep. Zij verweten NPO-bestuursvoorzitter Shula Rijxman dat zij „de flagrante schending van onze journalistieke code” rondom Jort Kelder en de Kaag-documentaire niet veroordeeld heeft. Joop Daalmeijer is van mening dat Shula Rijxman niet met deze zaken moet bemoeien. ’Het is geen journalist en ze werkt niet bij een omroep, maar bij de koepel. Inhoud hoort bij omroepen en niet bij NPO. Het College van Omroepen (CvO) zou zich hiermee moeten bezighouden. Laten die alle redactiestaturen maar eens naast elkaar leggen en samen met de hoofdredacteuren tot een beleidsafspraak komen.’, aldus Joop Daalmeijer.  

Ondanks de journalistieke perikelen in het afgelopen tv-seizoen is er volgens hem geen aanleiding voor een fundamentele bezinning op de kwaliteit van journalistiek binnen de publieke omroep. Daalmeijer: ‘De kwaliteit op het gebied van journalistiek is uitstekend. Van nieuws via de NOS tot onderzoeksjournalistiek. De NOS is in mijn ogen echt neutraal en de omroepen zijn voor een deel qua identiteit herkenbaar. En dat hoort ook zo, want het is de basisgedachte van ons zuilen omroepsysteem. Bij alle praatprogramma’s en talkshows is de journalistiek soms flinterdun. En worden op heel veel dagen dezelfde verhalen verteld aan andere interviewers. Dat is jammer.’ 

De termijn van de huidige NPO-bestuursvoorzitter Shula Rijxman zit er bijna op. Voormalig KRO-mediadirecteur pleitte in zijn onlangs verschenen boek ‘Een schitterende slangenkuil’ voor een bestuurslid met journalistieke achtergrond als opvolger voor Rijxman. Daalmeijer vindt dit echter onnodig. ‘De Raad van Bestuur bestuurt en doet niks anders dan dat. Bij de net- en zendermanagement zouden ook journalisten moeten zitten als genremanagers. Zij bepalen niet de inhoud van programma’s, maar zorgen voor een goede mix van nieuws, onderzoeksjournalistiek, actualiteitenprogramma’s en talkshows. Ik ben een voorstander van hoofdredacteuren bij omroepen die daar met zakelijke managers de directie vormen. Met strikt gescheiden portefeuilles.’  In de raad van toezicht van de NPO zou volgens hem in ieder geval wel een journalistiek zwaargewicht opgenomen moeten worden.

Volgens Daalmeijer hoeft er geen beter evenwicht te komen tussen de journalistiek informatieve taak en het amuserende karakter van de publieke omroep, aangezien amusement volgens hem gewoonweg geen taak van de NPO is. Daalmeijer: ‘De publieke omroep heeft geen amuserende taak; daar zijn de commerciële omroepen voor. De publieke omroep heeft wel een duidelijke taak als het gaat om informatievoorziening. breed, diepgaand, toegankelijk, specialistisch, gekleurd, neutraal en vooral professioneel.’

5 Comments

  1. Waar ik het meest bang voor ben is NIET het feit dat onze media tegen ons liegen. Het is het feit dat de meeste Nederlanders hen geloven..

  2. Volgens Joop Daalmeijer heeft de publieke omroep gewoonweg geen amuserende taak, daar zijn de commerciële omroepen voor. In mijn ogen een hoogdravende en hardnekkige misvatting. Ik hecht aan de wijze waarop dat ooit in de mediawet was vastgelegd d.w.z. de publieke omroep levert een pluriform hoogstaand aanbod op het gebied van informatie, cultuur, educatie én verstrooiing. Zo is het maar net, amusementsprogramma’s horen daar wel degelijk bij. De publieke omroep is van ons allemaal en in een evenwichtige verdeling is er dan voor elk wat wils. De Nederlandse belastingbetaler zal het daar vast mee eens zijn. Nee zegt Daalmeijer, ‘de publieke omroep heeft wel een duidelijke taak als het gaat om informatievoorziening, breed, diepgaand, toegankelijk, specialistisch, gekleurd, neutraal en vooral professioneel’. Dat kan wel zijn, maar wat is er mis met ook ruimte voor amusement. Informatie is belangrijk, maar dat geldt net zo voor ontspanning op zijn tijd. Sterker nog, het voorziet in een levensbehoefte. Door de significante overdaad aan informatieve programma’s op prime time bij de publieke omroep, ontstaat er wrevel en informatiemoeheid en worden kijkers weggejaagd naar het veel van hetzelfde amusement bij de commerciële omroepen. Dat kan toch ook niet de bedoeling zijn. Laat de publieke omroepen net als voorheen ook weer kwalitatieve amusementsprogramma’s maken en verdeel die dan op evenwichtige wijze op prime time over de avonden. Dat zal de belangstelling voor de publieke omroep als geheel ten goede komen.

    Leo Schiltmans

  3. Hulde Heer Schiltmans voor Uw repliek . U heeft volkomen gelijk !Natuurlijk is het de taak van de Publieke Omroep om voor allerlei pluimage de juiste veren te kiezen. Daar behoort amusement zéker bij, het mag toch niet zo zijn dat voorhands al wordt bepaald welk genre bij welke zendgemachtigde gezien kan én mag worden. Onderbroeklol zoals Rijxman en Klein beogen met de Showcolade Show en Dino( ennogwat) zou NOOIT door de publieken omroep omarmt mogen worden !!!! Maar dat is weer ’n andere discussie vrees ik, over smaak valt niet te twisten !!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*