Dekker wil openheid van publieke omroep

Wat kost dat? Het is een typisch Hollandse vraag die centraal staat in de brief van mediastaatssecretaris Dekker aan de Tweede Kamer, waarin hij reageert op de toekomstplannen van de publieke omroep. Die moet sneller aangeven hoeveel voor een programma is betaald.

Ervaringen bij de kosten van eredivisievoetbal en het Koningslied hebben geleerd dat het verkrijgen van financiele informatie moeizaam kan verlopen. Dekker wil geen weerstand meer op dit gebied van NPO en omroepen.

Geheimhouding, dezer dagen een zwaar beladen woord gezien de discussies rond de commissie Stiekem, mag niet zonder meer afgesproken worden in contracten met derden. In de reactie op de toekomstpannen noemt Dekker ze op enkele onderdelen niet duidelijk genoeg om een basis te bieden voor de komende 5 jaar.

Verstrooiing
Alles moet wat hem betreft draaien om informatie, cultuur en educatie, maar wel voor een breed en divers publiek. Daarom is verstrooiing wel toegestaan, maar niet als doel om veel kijkers te trekken. Het moet in zijn algemeenheid duidelijk worden hoe buitenproducenten toegang krijgen tot het bestel.

De NPO kan tot tot 31 december reageren. Op 1 januari 2016 treedt de nieuwe concessieperiode in, met op tv, radio en internet drie fusieomroepen (KRO-NCRV, BNN-VARA, AVROTROS), drie kleinere onafhankelijke omroepen (VPRO, EO, MAX) en twee taakomroepen (NOS, NTR.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*