Ton Verlind: Stop met die stompzinnige verkiezingsdebatten!

[BLOG] Die wezenloze politieke debatten op radio en tv: laten we er voor eens en voor altijd mee ophouden. Ruim plaats in voor thema-avonden waar wordt gezocht naar oplossingen, met politici die niet door gemakzuchtige interviewers omwille van het spektakel onderuit gehaald worden, die in een veilige omgeving ideeën kunnen uitwisselen en die geconfronteerd worden met de uitslag van degelijke enquêtes die laten zien wat wij, de kiezers, vinden van die thema’s. Vat de kennis die zo ontstaat samen in een goed dossier en geef het aan de kabinets(in)formateur. NPO: neem de regie en doe dat waarvoor je opgericht bent! Is dit een nieuw pleidooi? Nee, ik bepleitte dit al in een open brief aan Shula Rijxman van de NPO in 2016 en daarna in 2019 na het teleurstellende verkiezingsdebat van RtL 4.  Het is wel nieuw dat er steun lijkt te ontstaan. Pieter Omtzigt pleit er voor en ook De Volkskrant. Met de enorme leegloop uit de Tweede Kamer is duidelijk dat we op een keerpunt staan met een grote behoefte aan een nieuwe bestuurscultuur én -voeg ik eraan toe- nieuwe vormen van journalistiek.

Dit is (verkort) wat ik er in 2016 over schreef, een analyse die aan actualiteit niets verloren heeft.

  • Gewone mensen nemen steeds meer afstand van de bestuurderselite, omdat ze vinden dat hun belangen niet goed behartigd worden.
  • Hun mening wordt in onvoldoende mate gerespecteerd. Het politieke standaardzinnetje: “We moeten ons beleid beter uitleggen”, maakt mensen woest.
  • Ze hebben het heus wel begrepen, maar ze willen het anders
  • De NPO maakt als abstract instituut deel uit van die elite: ik hoop dat de omroep zich dat in voldoende mate realiseert.
  • Instituten als de NPO zijn dus deel van het probleem.
  • Daarom: Voer het gesprek niet alleen met het vertrouwde wereldje van mediamensen, maar vooral met filosofen, pedagogen en maatschappijbeschouwers die vanuit een ander perspectief naar de omroep en de samenleving kijken.
  • Als je steeds met dezelfde mensen praat, krijg je ook steeds dezelfde visies.
  • Verlaat het adagium dat de publieke omroep er voor iedereen moet zijn. Als je iedereen wil contenteren moet je soms diep door de knieën.
  • Als je van iedereen bent, ben je eigenlijk van niemand.
  • De publieke omroep is er niet voor iedereen, maar wel voor iedereen die zich wil ontwikkelen. Het betekent dat de NPO een aantal programmasoorten kan overslaan.
  • De publieke omroep zegt te willen “verbinden”, maar doet regelmatig het tegenovergestelde door podium te bieden aan mensen die de samenleving besprenkelen met het gif van de polarisatie. Ze moeten wel gehoord worden, maar zo af en toe is voldoende.
  • Die gifspuiers hoeven geen prominente plek te hebben in de adresboekjes van de praatprogramma’s.
  • Het hebben van een grote mond is wat mij betreft niet voldoende om serieus genomen te worden.
  • De publieke omroep is dol op “debat”. Debat veronderstelt het vermogen om te kunnen argumenteren en te luisteren. Het vraagt kennis van zaken en de bereidheid om van inzicht te veranderen.
  • Debatten in de gezichtsbepalende programma’s van de publieke omroep lijken vaak op wedstrijdjes ver-plassen. Ze dragen niet bij aan de oplossing.
  • Leg een zwaarder accent op het verspreiden van kennis, inzichten, ideeën, originele oplossingen.
  • Zorg voor de beschikbaarheid van ter zake deskundige presentatoren die tegenwicht kunnen bieden en de zin van onzin kunnen onderscheiden.
  • Laat je bovengenoemd principe los op de aankomende verkiezingen, dan zullen de verkiezingsprogramma’s er heel anders gaan uitzien.
  • Dan zijn het geen chaotische wedstrijden one-linertjes spuien of mekaar vliegen afvangen.
  • Dan worden het diepgravende, serieuze gesprekken onder leiding van kritische presentatoren, wier rol verder gaat dan het spelen van verkeersleider.
  • Houd de politieke leiders zorgvuldig van elkaar gescheiden.
  • Breng je ze bij elkaar, dan haalt dit het slechtste in ze naar boven. Dan wachten ze slechts tot het moment, dat ze in het debat de spitsvondigheden kunnen spuien die door hun spindoctors zijn bedacht. Daar hebben we als samenleving niets aan.
  • Doe er niet meer aan mee! Ontneem de bestuurderselite zo de door henzelf bedachte wapens.
  • Ga je het anders doen, dan levert dat misschien geen spectaculaire televisie op, mogelijk gaat het zelfs ten koste van de kijkdichtheid, maar het helpt me wèl om mijn keuzes te maken en mijn burgerplicht bij de verkiezingen zo goed mogelijk te vervullen.
  • Het zou ook zomaar kunnen, dat er juist méér mensen gaan kijken en luisteren.
  • Hoe het ook zij: door te kiezen laat de publieke omroep smoel zien.
  • Geef prioriteit aan herstel van pluriformiteit.
  • De publieke omroep is minder divers dan hij zou moeten zijn.
  • In de beeldbepalende opinieprogramma’s is de neoliberale opvatting dominant.
  • Ik denk dat veel presentatoren zich dit niet eens realiseren.
  • Afwijkende geluiden worden met moeite geduld en te vaak in een lacherige context besproken.
  • De publieke omroep houdt meer van “realisten” dan van idealisten.
  • Sinds de moord op Pim Fortuyn ontdekte de publieke omroep het gewone volk. Het kreeg een uitlaatklep in de vorm van vox populi. Dat werd zelfs een serieus en steeds weer terugkerend element in Het Journaal. Mensen zonder kennis van zaken, onweersproken onzin laten spuien is iets anders dan oprecht op zoek gaan naar dat wat de gewone man beweegt. Pas als je werkelijk probeert te doorgronden wat hun angsten zijn en speurt naar oplossingen, ook al passen die niet in je eigen wereldbeeld, dan pas neem je ze serieus.
  • Vox Populi als genre om het “gewone volk” te horen getuigt van gebrek aan respect voor de wijsheid, die in de massa te vinden is als je echt diep graaft.
  • De publieke omroep heeft zich de afgelopen jaren door cijfers laten leiden. Daardoor werd mainstream, of anders gezegd de grootste gemiddelde deler dominant. Dat is een commerciëel principe.
  • Laat het bereiken van grote aantallen over aan de commerciële omroep.
  • De publieke omroep moet avant gardistische zijn, niet in de elitaire zin van de betekenis, maar op zoek naar oplossingen, het doorbreken van stramienen in plaats van ze in stand te houden.
  • Ik verwacht bij de publieke omroep meer originele visies dan de visies die ik nu tegenkom.
  • De publieke omroep is autoriteitsgevoelig, en schurkt aan tegen de elite, die steeds meer argwaan ontmoet.
  • De publieke omroep zou de aanjager moeten zijn van de ideeën en het zelforganiserende vermogen van de burgersamenleving. Ga meer naast de burgers staan.
  • De publieke omroep zou zich meer moeten richten op oplossingen, dan op de problemen.

Ton Verlind is een Nederlands journalist, voormalig verslaggever, presentator, eindredacteur van Brandpunt, hoofd informatieve programma’s en mediadirecteur.

6 Comments

  1. Kijk ze ook geeneens meer, helemaal eens met het betoog van Ton in deze. Dat hijgerige wat de (s)linkse media laten zien hierin, het toontje daar heb ik een broertje dood aan.

  2. Als de opsomming van Ton zo doorleest, vraag ik me toch af hoe hij niet kan zien hoe sterk hij zichzelf tegenspreekt. De publieke omroep zou zichzelf meer met ‘gewone mensen’ moeten vereenzelvigen en niet telkens dezelfde talking heads laten zien met telkens weer dezelfde opvattingen.

    Allemaal mooi, maar vervolgens pleit hij ervoor dat er vooral geen ruimte moet zijn voor de ‘vox populi’ dat er niet ‘gepolariseerd moet worden’ en dat de publieke omroep er ‘vooral niet voor iedereen moet zijn’.

    Eh, neen Ton: de *publieke* omroep moet er nou juist wél voor iedereen zijn. Dat is de essentie van een publieke omroep waar dan ook iedereen gedwongen voor wordt aan mee te betalen. En dan zou een groot deel van dat betalende publiek niet bediend hoeven te worden?

    Want Ton zegt het dan niet letterlijk, maar het is overduidelijk wat hij wil: geen ruimte meer voor ON of meer in zijn algemeenheid het gedachtegoed van partijen als de PVV, Ja21, FVD en dergelijke. Hij vergeet hierbij echter dat deze partijen een aanzienlijk deel van het electoraat vertegenwoordigen en net zoveel recht hebben op hun eigen omroepzuil als socialisten, christenen en liberalen dat al bijna een eeuw hebben. Tamelijk bizar dat hij eerst erop wijst dat het niet goed is dat sommige andersdenkenden lacherig worden besproken, maar hij wenst vervolgens hetzelfde te doen met een aanzienlijk deel van het potentiële kijkpubliek dat nu al meebetaalt – of zou kijken of niet.

    Dan kan Ton wel tendentieus beweren dat “Sinds de moord op Pim Fortuyn ontdekte de publieke omroep het gewone volk. Het kreeg een uitlaatklep in de vorm van vox populi. Dat werd zelfs een serieus en steeds weer terugkerend element in Het Journaal. Mensen zonder kennis van zaken, onweersproken onzin laten spuien is iets anders dan oprecht op zoek gaan naar dat wat de gewone man beweegt.”, maar wat is het bewijs hier eigenlijk voor? Hoeveel voorbeelden zijn hier eigenlijk van?

    Wat ik hoor bij de PO is een overmaat aan zelfbenoemde deskundigen die evengoed aantoonbaar de grootst mogelijke kolder beweren en pure propaganda bedrijven. Denk maar aan zo iemand als Leo Lucassen. Officieel een professor, in werkelijkheid een pure activist die voortdurend (op zijn best) halve waarheden vertelt en talloze zaken weglaat die zijn beweringen in een heel ander daglicht zetten.

    En dan nog de opmerking dat de PO niet in de gaten zou hebben hoe ‘neoliberaal’ ze is. Pardon? Bij de PO is er voortdurend ruimte voor lieden die roeptoeteren dat een gegegen probleem ‘door marktwerking is veroorzaakt’ (in werkelijkheid is dan altijd sprake van juist géén marktwerking), ze gaan helemaal mee in de klimaathysterie en zijn ook volledig woke gegaan. Alles moet zo woke en divers mogelijk zijn. Let er maar eens op: bij reportages op locatie waarbij random burgers aan het woord komen zal het Journaal er altijd alles aan doen om een niet-blank persoon aan het woord te laten, ook als het een winkelcentrum in de provincie is waar 98% blanken rondlopen. Dat is geen toeval, dat is gewoon beleid. Daarom zijn ze helemaal meegegaan met de racistische benaming ‘wit’ in plaats van blank. Alsof ik als blanke een witte albino ben, absurd.

    De NPO is allesbehalve neoliberaal, maar zit in werkelijkheid in grote mate op de lijn van GroenLinks/PvdA en D66. Zo zond Zembla recent een reportage uit over rechtse types die op social media anderen uitfoeteren of bedreigen, de reportage over linkse of islamitische types die dat eveneens doen gaan ze echter niet maken. Eenzijdige verslaggeving dus.

    Dus nee, ik kan niet zoveel met deze oproep van Ton. Het spreekt zichzelf op enkele punten tegen en is op andere punten veel te vaag geformuleerd. Met een platitude als “meer naast de burger staan” kun je niets. En dat “De publieke omroep moet avant gardistische zijn, niet in de elitaire zin van de betekenis, maar op zoek naar oplossingen, het doorbreken van stramienen in plaats van ze in stand te houden.” kom je heel interessant over, maar concreet kun je hier helemaal niets mee.

    Waar je wel wat mee kunt: de omroep duidelijk afbakenen in nieuws, achtergronden en amusement waarbij altijd heel duidelijk is wie de omroep is en het ook duidelijk is door welke kleur bril de berichtgeving plaatsvindt. En dat betekent dat Zembla eenzijdig te werk mag gaan, ON dat dus óók mag. En dat de kijker niet heropgevoed hoeft te worden met opgedrongen woke gekte zoals eindeloze aandacht voor ‘Pride Month’ die in werkelijkheid eerder 4 maanden leek te duren. En het betekent ook dat de PO zich eens realiseert dat ons land groter is dan de Randstad alleen.

  3. Een reactie dan maar: er zijn grenzen aan ‘iedereen bedienen’. Wie onze fundamentele democratische waarden niet omarmt hoeft wat mij betreft niet met belastinggeld bediend te worden. Die mensen zou ik vooral beter onderwijs willen aanbieden. Er moet toch een zekere ontvankelijkheid voor redelijkheid zijn, lijkt me. De NPO zelf trekt de grens bij Ongehoord Nederland. Daar heb ik me in verschillende commentaren tegen verzet. Hoewel ik die omroep zelf niet omarm, heeft hij wel een functie en hoort hij (vooralsnog) binnen het bestel. Dan de vox populi: daarmee wekt de publieke omroep de indruk dat iedereen een stem krijgt, maar dat doe je pas echt als je ook nieuwsgierig bent naar opvattingen die je niet uitkomen en daarmee heeft de NPO in werkelijkheid moeite, zie het beleid rond Ongehoord Nederland. Neo-liberaal is wel degelijk de gangbare visie binnen de berichtgeving. Afwijkende politieke visies worden eerder belachelijk gemaakt dan gesteund. Zie wat er met Pieter Omtzigt gebeurde nadat hij pleitte voor politieke debatten met meer diepgang. Wat de overwegend neoliberale visies betreft die ik bespeur: centraal in de berichtgeving staat het adagium ‘het is goed voor de economie’. Door verslaggevers werd dat principe eigenlijk nooit echt kritisch ter discussie gesteld. De laatste tijd wat vaker, omdat de marktwerking wel erg uit de hand aan het lopen is, dus er is een zekere omslag. Maar in het bekritiseren van dat model heeft de NPO niet voorop gelopen. Verder zou ik in herinnering willen roepen, dat het neoliberale model sinds de negentiger jaren in Nederland dominant werd mede dank zij steun van Wim Kok (PvdA). Ook PvdA-ers en dus ook veel journalisten hebben lang neoliberaal gedacht. Volgens mij zit er meer consistentie in mijn overzicht dan je suggereert. Ben je geïnteresseerd in de uitwerking, lees dan mijn blogs op tonverlind.nl of mijn boek ‘Een schitterende slangenkuil’.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*