Roderick Veelo: ‘Waarom uiteindelijk toch een onderzoek naar Kelder en niet naar Kaag?’

De laatste weken is er veel te doen over journalistiek binnen de publieke omroep. Op1-presentator Jort Kelder zou een campagnevideo’s voor FvD financieren, de bemoeienis van voorlichters van Sigrid Kaag met haar documentaire, de oproep van journalisten van de NOS en de NTR aan Shula Rijxman van de NPO om zich in deze discussies te mengen, Talitha Muusse die in een interview suggereert dat er sprake is van politieke druk op interviewers van Op1. Spreekbuis.nl vroeg aan journalist, columnist, podcastmaker en radio- en televisiepresentator Roderick Veelo over zijn visie op de journalistiek binnen de publieke omroep.  

Zijn de berichten rondom Kaag, Kelder en Muusse schadelijk ten aanzien van de journalistiek binnen de publieke omroep?
Veelo: Twijfels over journalistieke onafhankelijkheid zijn altijd slecht voor het aanzien van welke journalistieke organisatie dan ook. Daarom is het belangrijk dat die twijfels worden weggenomen. De publieke omroep heeft volgens de Mediawet een opdracht tot onafhankelijke journalistiek en het Commissariaat voor de Media dient bij twijfel te controleren of omroepen de Mediawet op dit terrein goed naleven. De criteria voor een onderzoek door het Commissariaat zijn mij niet altijd even duidelijk. Waarom uiteindelijk toch een onderzoek naar Kelder en niet naar Kaag? Terwijl de financiering van de jongen die die FvD-filmpjes gemaakt heeft gebeurd is voordat Jort Kelder NPO-programma’s ging presenteren. Kelder kan daarom de Mediawet volgens mij niet overtreden hebben. Of was het de ophef op sociale media over mogelijke sympathie van Kelder met FvD, die het Commissariaat toch deed besluiten een onderzoek in te stellen? En waarom geen onderzoek naar de onafhankelijkheid van de VPRO in de productie van de documentaire ‘Van Beirut tot Binnenhof’ met D66-leider Sigrid Kaag in de hoofdrol? Terwijl uit gewobte documenten toch helder werd dat er tussen de makers en D66 veel overleg geweest is over het eindproduct en kosten noch moeite gespaard zijn om Kaag in een taxi via trucage alsnog een autogordel ‘om te doen’. Journalistiek en politiek zijn hier naar mijn mening veel te close geraakt.

Het verwijten van Talitha Muusse aan de leiding van het programma Op1 en aan de omroep KRO-NCRV zijn zeer ernstig en het zou in het belang van de  NPO zijn als het Commissariaat dit tot op de bodem uitzoekt. Volgens Muusse is zij op verzoek van de VVD van een interview afgehaald. Dat zou een hele slechte beurt van de redactieleiding zijn. 

Zijn ze wat jou betreft aanleiding voor een fundamentele bezinning op de kwaliteit van journalistiek binnen de publieke omroep?
Veelo: Ik geloof niet zo in bezinningen. Daar blijft na een tijdje meestal weinig van over. Wat ik wel boeiend zou vinden is een bredere discussie over de journalistiek: in hoeverre is een programma vooringenomen of juist in balans over onderwerpen. Objectiviteit in de journalistiek is misschien een utopie, maar het streven ernaar is een schone zaak. Wil je mensen zo volledig mogelijk informeren of wil je ze een bepaalde kant op sturen? Nieuwsuur is, vind ik, een mooi voorbeeld van dat eerste en talkshows zijn vaak meer van het tweede. Ik hou zelf erg van de journalistiek van Nieuwsuur, maar een presentator van een talkshow die zich een keer oprecht boos maakt is prima. Als het maar met open vizier gebeurd en niet achter een façade van objectiviteit. Iemand als de Britse journalist Piers Morgan kan zich opwinden over mensen en politieke kwesties van links tot rechts en ook dat levert boeiende journalistieke interviews op. Maar laatst hoorde ik op Radio 1 twee gasten die het volledig eens waren over een omstreden methode die raciale vooroordelen bij kinderen en volwassenen zou bewijzen. Uiteindelijk was de presentator het óók nog eens roerend eens met zijn gasten! Ja, dan blijf ik achter met allerlei vragen die niet gesteld, laat staan beantwoord, worden. En krijg ik het gevoel dat mij iets wordt aangepraat in plaats van dat ik geïnformeerd wordt over deze methode. De journalistiek maakt zich te vaak te druk over de beeldvorming, is mijn mening. Zeker in deze tijd waarin we proberen elkaar vooral niet te kwetsen. Daardoor worden ongemakkelijke feiten overgeslagen, ook bij de NPO. Het afgelopen jaar is het onderwerp homohaat veelvuldig op radio en televisie besproken, maar uit angst om mensen te stigmatiseren wordt om de daders met grote boog heen gelopen door journalisten.

In een essay voor het journalistenplatform Villamedia pleitte oud-omroepdirecteur en voormalig eindredacteur van Brandpunt Ton Verlind ervoor om in de Raad van bestuur van de NPO een journalist te benoemen met de speciale taak het journalistieke klimaat binnen de publieke omroep te verbeteren. Zie je dat als een goede oplossing?
Veelo: De journalistiek is een wezenlijk onderdeel van de NPO, dus daar is iets voor te zeggen. Maar redactiestatuten die een onafhankelijke journalistische koers van programmaredacties garandeert zetten meer zoden aan de dijk, denk ik. Ik heb begrepen dat het Commissariaat voor Media een breder onderzoek gaat doen naar hoe het is gesteld met die redactiestaturen bij de NPO.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*