‘Amerikaansche radio-invasie in Europa’

Dat was toch even schrikken, in november 1937. Het Utrechtsch Dagblad kondigde “een Amerikaansche radio-invasie in Europa” aan. Een golf van Amerikaans radio-variété, gefinancierd door advertentiebureaus in de VS, zou Europa binnenstromen. Er was een consortium gesticht dat een drastische omwenteling teweeg wilde brengen in  het Europees radiowezen en de Europese advertentiemethoden.

Grote man achter het plan was Leo Chertok (1902-1968), geboren in Rusland en toen 34 jaar oud. In de VS was hij een befaamd financier en Wallstreet-makelaar, en vertegenwoordigde grote Amerikaanse bedrijven in Europa en Rusland. Chertok vond dat Europese industrieën de mogelijkheden hadden genegeerd om te adverteren via de ether. “Nu zullen Amerikaansch kapitaal en Amerikaansche zakengeest gaan ingrijpen,” aldus de krant. In 21 Europese landen werden de mogelijkheden onderzocht. In Nederland schenen de kansen echter “zoo goed al nihil”. De regeringscontrole zou namelijk nooit commerciële radio toestaan. Jammer, vond Chertok, maar als er geen overeenstemming te vinden is met Nederlandse omroepen zullen we ons bijvoorbeeld tot Radio Luxemburg moeten wenden “of desnoods zullen we een zender bouwen in Scandinavië die Nederland zal bestrijken.”

Hoe dan ook, Chertoks syndicaat zou al begin 1938 gaan uitzenden en zou al voor miljoenen dollars aan Amerikaanse advertenties hebben geworven. Er zou al contact zijn met bekende Amerikaanse artiesten en binnenkort zouden de eerste commercials worden opgenomen, voor elk land in de eigen taal. “Wij zullen alles adverteren, van automobielen tot zeep.”

Hoofdkwartier van de organisatie zou komen in Londen en Parijs, met bijkantoren in alle hoofdsteden. In Londen was er contact met een theater om er een grote opnamestudio van te maken. Probleempje: de staatszender BBC dacht er niet aan ook maar één seconde zendtijd te verkopen aan Chertok. Daarom had hij een verbond gesloten met een radiozender in Dublin, Ierland, om zo Engeland te bereiken “en desnoods de nationale en regionale zenders van Engeland te verdringen.”

Maar het Europees publiek heeft toch een andere mentaliteit dan het Amerikaanse, vroeg de krant? Nee hoor, vond Chertok, “Europa zal op dezelfde manier reageren als Amerika. Het publiek zal krijgen wat het wenscht. Als het aan een philharmonisch concert de voorkeur geeft boven dansmuziek, dan krijgt het zijn zin.”

En dan was er nog de vraag of radioreclame niet de reclame-inkomsten van dagbladen omlaag zou halen. Nee, zei Chertok, want het gaat om nieuwe advertenties, van firma’s die anders niet in Europa zouden adverteren. ‘Het zal u niet meevallen,’ besloot de krant. Och, zei Chertok: “We hebben kapitaal, en moeilijkheden zijn er om overwonnen te worden.”

De krant stapte voor een reactie naar ir. Antoine Dubois, op dat moment directeur van de Nederlandse omroep-zendermaatschappij Nozema. Alle Nederlandse omroepen willen géén reclame, meende hij, en “het publiek zal die reclame toch niet waarderen.” Verder waren er geen nieuwe golflengten beschikbaar en waren alle landen die lid waren van de Union Internationale de Radiodiffusion tegen reclame. Dubois: “De omroep in Europa is gebaseerd op gronden van ethiek en volksverheffing”, en geen land zal daar afstand van doen “om een Amerikaansche firma te laten vertellen hoe goed haar scheermesjes zijn.”

Het is er ook inderdaad niet van gekomen. Ambtelijke molens, de economische situatie en de oorlog kwamen er tussen. En er waren wel meer plannen van Chertok die mislukten, o.a. zijn streven naar olieconcessies in Ethiopië. Maar er zitten in het hele radioverhaal wel een paar herkenbare dingen, zoals:

– alle omroepen waren toen tégen reclame, maar we zouden nu waarschijnlijk niet meer zonder kunnen.

– Luxemburg als ‘u-bocht’ voor commerciële radio: dat is in 1953 toch werkelijkheid geworden, het werd het eerste Nederlandstalige commerciële radiostation.

– Het commerciële tv-bedrijf SBS is in 1989 gesticht door een Amerikaanse filmproducent, de afkorting stond oorspronkelijk voor Scandinavian Broadcasting System, en het is formeel een Luxemburgs bedrijf.

– ‘Het publiek zal krijgen wat het wenscht’, dat doet erg denken aan de uitspraak van RTL-grondlegger Ruud Hendriks in 1989: “Als het volk bloemkolen wil, dan kríjgt het bloemkolen.”

En intussen bestaat er in New York nog steeds een Chertok-bedrijf dat zich aankondigt als ‘foreign business corporation’. 

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*