Akkoord over nieuwe omroep-cao

Werkgevers van de landelijke en regionale publieke omroepen hebben samen met de vakbonden NVJ en CNV een akkoord gesloten voor een nieuwe cao voor het omroeppersoneel.

NPO meldt: ‘Mede dankzij de grote steun vanuit deze vakbonden kon er vandaag een handtekening worden gezet onder het akkoord, dat zorgt voor een passende structurele loonsverhoging voor werknemers en een code ‘Goed Opdrachtgeverschap’ die betrekking heeft op zzp’ers. De FNV kreeg van haar leden geen mandaat om tot deze nieuwe cao toe te treden. Wel is de FNV partij in de Code Goed Opdrachtgeverschap.’

De nieuwe cao is afgesloten voor drie jaar en gaat (met terugwerkende kracht) over de jaren 2019, 2020 en 2021. De cao geldt voor 4900 mediamakers: 3600 werken voor de NPO en 1300 voor de Regionale Publieke Omroep (RPO). Afgesproken is onder meer een structurele loonsverhoging van 5% over 3 jaar. Het gaat om een structurele verhoging van 2,6% per 1 januari 2020, een structurele verhoging van 1% per 1 juli 2020 en 1,4% structureel per 1 april 2021.

De nieuwe cao werd afgesloten dankzij steun onder de achterban van de CNV en de NVJ. Met de steun van maar liefst 97% van alle uitgebrachte stemmen ging de journalistieke vakbond akkoord met het cao-voorstel, dat eind vorige maand na een intensief onderhandelingsproces op tafel kwam. Van de FNV stemde uiteindelijk een derde van de achterban voor het voorstel, waardoor die vakbond niet akkoord kon gaan.

Werkgeversonderhandelaar Gerard Schuiteman: “We zij blij dat we met vakorganisaties een Fair Practice Code voor de inzet van flexibele medewerkers zijn overeengekomen. Dat past bij de publieke omroep als goed opdrachtgever. Net als goede cao-afspraken voor onze werknemers horen er ook goede afspraken te zijn voor de inzet van zelfstandigen bij de publieke omroep. Met dank aan de NVJ en CNV ligt de code er nu. Al met al zijn we tot een evenwichtig pakket aan afspraken gekomen, waaruit ook de waardering van de omroepen blijkt voor onze flexibele medewerkers.”

Een ander belangrijk onderdeel van de nieuwe cao is om het nabestaandenpensioen van ‘opbouwbasis’ te wijzigen in ‘risicobasis’. Deze aanpassing is noodzakelijk om te voorkomen dat de pensioenpremie onevenredig stijgt, waardoor er geen loonruimte meer zou zijn. Dit is een minder gunstige regeling, omdat het nabestaandenpensioen met ingang van 1 januari 2021 voortaan alleen verzekerd is tijdens het dienstverband. Het opgebouwde nabestaandenpensioen tot 31 december 2020 blijft echter staan. In de loop van 2021 wordt er verder gesproken over mogelijke aanvullende afspraken, want dan komt er op dit onderwerp meer duidelijkheid vanuit politiek Den Haag over de uitwerking van het Pensioenakkoord. 

Wat betreft medezeggenschap is afgesproken dat omroepen (die dat nog niet hebben) een redactieraad instellen, die vanuit het oogpunt van redactionele onafhankelijkheid gaat adviseren over het media-aanbod van die omroep.

Ook is er  los van de nieuwe cao een zogeheten Fair Practice Code ‘Goed Opdrachtgeverschap’ opgenomen. Daarin zijn minimumtarieven en bepalingen opgenomen, die de relatie tussen omroepen en opdrachtnemers, waaronder ook producenten van omroepproducties, nader vorm kunnen geven. Het minimumtarief voor zzp’ers wordt afgeleid van de cao-schalen. 

De werkgevers noemen het akkoord “reëel en verantwoord” in onzekere tijden en na langdurige onderhandelingen, waarbij alle partijen water bij de wijn hebben moeten doen. Werkgevers en werknemers gaan de komende periode verder in gesprek over de thema’s gelijke beloning mannen en vrouwen, werkdruk en tijdelijke contracten. Daarover zijn procesafspraken gemaakt.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*