Schrijver Kemal Rijken: Media dragen bij aan polarisatie

Frans Timmermans, die zijn opponent Wilders in een debat afschildert als de dronken oom die onzin uitkraamt. Of Jesse Klaver, die Mona Keijzer beschuldigt van palingpopulisme. Auteur Kemal Rijken is er klaar mee. ‘Polariseren kan goed werken als dat bedoeld is om standpunten te verduidelijken’, zegt hij. ‘Maar dit is affectieve polarisatie: louter bedoeld om de ander negatief weg te zetten voor eigen gewin.’ Deze manier van discussiëren ondermijnt het van oorsprong tolerante en op consensus gerichte klimaat in Nederland. De media, met de publieke omroep voorop, doen er volop aan mee, stelt hij.

Verbind en heers

Kemal Rijken schreef er een boek over: Verbind en heers. Daarin doet hij voorstellen om op het gebied van polarisatie het tij te keren in de politiek, media en maatschappij. Ondanks het belang van het onderwerp merkt hij dat het moeilijk is om in de media aandacht te krijgen voor zijn pleidooi. We zijn verslaafd geraakt aan spektakel: de problemen scoren beter dan de oplossingen, vooral op televisie en in verkiezingstijd. Het tij keren lijkt bijna een mission impossible.

Hij kijkt nog maar met een half oog naar de verkiezingsdebatten op tv. ‘Ze voegen voor mij te weinig toe, ik beleef er geen echt plezier meer aan.’ Hij schreef zijn boek uit bezorgdheid over de democratie. ‘Mocht het misgaan, dan heb ik op zijn minst gewaarschuwd en oplossingen geboden. Zie dit boek als een soort politiek testament.’

De werkelijkheid valt wel mee

Als je de krant leest of televisie kijkt, krijg je de indruk dat Nederland in twee kampen uiteen valt. ‘Alsof we elkaar naar het leven staan en allemaal in onze eigen bubbel zitten. Maar – behoudens enkele excessen – valt dat in het dagelijkse leven wel mee,’ zegt Rijken. Naast de politieke werkelijkheid en de mediawerkelijkheid is er ook nog zoiets als de echte werkelijkheid, die veel mensen alledaags ervaren. Die ziet er heel anders uit – veel evenwichtiger – dan je op basis van berichtgeving in de media zou denken.

‘We praten met en zien elkaar. We zijn lid van verenigingen, de Nederlandse omgangsvormen zijn nog redelijk gematigd. Maar in de media gaan we van rel naar incident. Op een gegeven moment ben je zo geconditioneerd dat je denkt dat de voorgeschotelde werkelijkheid de echte realiteit is. Kijk eens rond in je eigen omgeving: het valt in die zin wel mee. Maar we moeten wel oppassen dat de werkelijkheid die in de media doorsijpelt niet wordt ervaren als de werkelijkheid van alledag en daardoor misschien ook echt wordt.’

We zijn het debatteren verleerd

‘Met elkaar twisten over oplossingen is de kern van de democratie, zegt hij. In de jaren negentig waren we daar nog goed in. Een goed debat veronderstelt interesse in de tegenstander. Maar dat zie ik niet meer. Politici vangen elkaar vliegen af, ze schelden elkaar uit voor rotte vis en schilderen hun tegenstander af als slecht, fascist of deuger. En velen zijn gaan geloven dat het erbij hoort.’ Volgens Rijken nam Den Haag rond 2010 een verkeerde afslag. ‘Mark Rutte begon de stijl van Wilders over te nemen. Daarmee voelden ook andere politici zich aangemoedigd. Hij kon er strategisch mee omgaan – als politieke reus tussen de politieke dwergen – maar het proces is mettertijd ontspoord. Alle partijen imiteren nu de stijl van Wilders. En de media versterken dat. Op televisie en sociale media zie je vooral filmpjes van de incidenten, want die scoren. Wat er verder in de Kamer gebeurt, blijft onderbelicht, want dat noemen ze saai’.

Publieke omroep heeft geen antwoord

De publieke omroep draagt volgens Rijken bij aan dat overdreven beeld. ‘Er zit een constructiefout in het omroepbestel. De STER moet met reclame een deel van de inkomsten ophoesten en dus zijn goed scorende programma’s nodig, ook talkshows die het van ophef en vertier en borrelpraat moeten hebben. Kleinere, inhoudelijke programma’s of documentaires verdwijnen naar de rand van de programmering.

‘Late night talkshows boksen voortdurend tegen elkaar op. Ze worden steeds populairder en oppervlakkiger, omdat ze de talk of the town moeten zijn. Het is een spiraal die doorbroken moet worden, vindt hij. ‘Er is een fundamentele herbezinning nodig: minder spektakel, meer verheffing, meer cultuur en inhoud. Dat zijn ook de elementen waarvoor een publieke omroep bedoeld is.’

Verkiezingen als spelletje

Wat vond je van de eerste verkiezingsdebatten?

‘Ik heb er helaas weinig zin meer in’, zegt hij. ‘Het RTL-debat was een voorspelbare herhaling van zetten. Dat Wilders wegbleef onder het mom van bedreiging terwijl de dreiging toen voorbij was komt over als een smoes. Zijn kiezers lijken dat te pikken, het kan ze niet schelen. Ze zijn vaak al klaar met politici van de bestuurderspartijen die praten over thema’s waarin ze zich niet herkennen. En dan die spel-elementen: een wildcard, op een knop drukken om elkaar uit te dagen….. Dat is niet nodig en enige vernieuwing ontbreekt. Dat RTL-debat had net zo goed twee jaar geleden kunnen worden uitgezonden.’

De oplossingen

Om het patroon te doorbreken, zijn onorthodoxe stappen nodig, concludeert Rijken.

‘We kunnen het omroepbestel hervormen naar het Britse of Duitse model. Daar hebben ze geen tot weinig reclame, maar krijgen ze ook meer geld van de overheid om televisie, radio en online producten te maken. Omroepen hoeven daar niet direct te concurreren met commerciële tegenhangers.’

Ook voor de Haagse politiek zijn er voorbeelden en oplossingen. ‘Kijk naar Rotterdam’, zegt hij, ‘waar Leefbaar Rotterdam, de VVD, D66 en DENK sinds 2022 samen besturen. Soms knettert het, maar er worden resultaten geboekt en het bestuur is bijeen gebleven. De DENK-kiezer en de Leefbaar-kiezer hebben gemeenschappelijke belangen en ze gunnen elkaar hun verschillen. Dat vraagt lef, vooral van partijen als D66.

‘Door de samenwerking leerden de leiders van Leefbaar en DENK elkaar kennen en waarderen. Eigenlijk zijn die twee partijen er voor dezelfde groep Rotterdammers: de ene heet Jan en de andere Mehmet.’

Daarnaast moet Den Haag volgens Rijken de disbalans tussen academisch en praktisch geschoolden herstellen. ‘Sinds de jaren zeventig is het aantal academisch geschoolden – universitair en hbo – explosief gestegen. Ze hebben nu de overhand in de politiek. Ze nemen besluiten waarvan niet zijzelf, maar de praktisch geschoolden in de wijken waar zij wonen de gevolgen ondervinden.  Dat leidt tot verlies van vertrouwen’.

Burgerschap zou op scholen serieuzer moeten worden onderwezen. En in het publieke debat moet de aandacht verschuiven van de poppetjes naar de inhoud. ‘Grijp in de Tweede Kamer bij excessen harder in. Als Esther Ouwehand verschijnt in de kleuren van de Palestijnse vlag, wordt er eerst tien minuten over gedelibereerd voordat ze met zachte hand wordt weggestuurd – en dát werd weer een filmpje. Zou je dat in Duitsland proberen, dan word je er meteen uitgezet’.

Kijk naar Duitsland

Wat kan de publieke omroep nog meer leren?

‘Kijk naar Duitsland’, zegt Rijken. ‘Daar vinden in de talkshows echte inhoudelijke debatten en gesprekken plaats, zonder de drang om het eigen gelijk te bewijzen. Ze nemen er de tijd voor. Wetenschappers van gelijk niveau discussiëren met elkaar; politici worden niet snel als deskundigen opgevoerd. Die worden behandeld als politici. Sinds zijn aantreden is bondskanselier Friedrich Merz al meerdere keren in talkshows geweest, waar hij telkens een uur lang werd doorgezaagd. In Duitsland gaan ze meer de diepte in en wordt op het scherpst van de snede geïnterviewd. Gasten worden niet tegen elkaar uitgespeeld, maar brengen de discussie verder’.

TON VERLIND

Het boek Verbind en heers, hoe Nederland kan ontsnappen aan polarisatie verscheen bij Ambo/Anthos.Eerder publiceerde Kemal Rijken Van der Laan, Eigen volk en Monarchie.

1 Comment

  1. Om het patroon te doorbreken, zijn onorthodoxe stappen nodig, concludeert Rijken.

    ‘We kunnen het omroepbestel hervormen naar het Britse of Duitse model. Daar hebben ze geen tot weinig reclame, maar krijgen ze ook meer geld van de overheid om televisie, radio en online producten te maken. Omroepen hoeven daar niet direct te concurreren met commerciële tegenhangers.’

    Hier moeten wij niet naar toe gaan, dan wordt de omroep teveel beinvloed door politieke partijen die de omroep een warm hart toe dragen in de vorm van meer geld zo dat zij hun boodschap kunnen verkondigen.

    Ik pleit meer voor het Luxemburgse model, louter commerciele omroep met een licht verplicht sausje kwa informatief en cultuur.
    En als voor dat soort programma’s weinig kijkers zijn en dus commerciele inkomsten, achteraf geld claimen bij de overheid op vertoon van alle kassa bonnetjes.
    Zo houdt je onafhankelijke omroep die schoon is van politieke invloeden.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*