
‘Veertig gaan er de lucht in’, zegt Sebastiaan Doldersum, docent techniek van het Marne College in Bolsward. Achter hem staan zijn leerlingen met een afstandsbediening in hun hand. Sissend vliegen zelfgebouwde raketten een voor een de azuurblauwe lucht in, waarna even later de opgebrande restanten aan een parachute weer neerdalen. Met een drone wordt het hele proces gevolgd. Vanuit de lucht maakt het keurig geordende Friese landschap indruk: groene weiden, doorkliefd door strakgetrokken sloten. Fryslân op zijn best! Terwijl Sebastiaan voor de camera het woord voert, wordt de ene na de andere raket gelanceerd: twee seconden plezier na maanden van voorbereiding. Ik kan als kijker het hele experiment volgen via Instagram.
Met spectaculaire video’s probeert Omrop Fryslân de aandacht te trekken van een jonger publiek. Het gaat niet alleen om het spektakel, zegt haadredakteur Ingrid Spijkers. Via Instagram zoekt de regionale publieke omroep het contact met jongeren. Als die relatie er eenmaal is, staat jong wel degelijk open voor serieuze journalistieke informatie. Jongeren in Friesland zijn erg gevoelig voor de Friese cultuur, merkt ze op. ‘Als we een mooie sprong hebben van een fierljepper, gaat dat onder jongeren meteen viraal. Dat is die Friese trots’. Die komt ook tot uiting in het speciale verzoek van de haadredakteur om in dit artikel Omroep Friesland toch vooral Omrop Fryslân te noemen.
Ik spreek haar voor de serie De kracht van regiojournalistiek, een rondgang langs alle regionale publieke omroepen van Nederland. Ze is een Brabantse in Friesland, maar ze heeft nauwelijks hoeven wennen. Ze voelde zich snel thuis. ‘Wherever I lay my hat, that’s my home’, zegt ze. En bovendien: de Friezen zijn toegankelijker dan Randstedelingen doorgaans denken.

Het is vrijdagmiddag, dus op de redactie is het minder druk dan op gewone doordeweekse dagen. De redactieruimte is opgedeeld met scheepstouwen die vanaf het plafond de grond raken. De aanwezige journalisten laten zich niet afleiden door de toevallige bezoeker. Ze zitten geconcentreerd over hun toetsenborden gebogen.
Centrale redactie is het middelpunt
Net als alle andere regionale publieke omroepen is Omrop Fryslân bezig met een verbredingsslag: de transitie van traditionele radio en televisie naar een allround mediabedrijf dat overal aanwezig is op internet en sociale media.
Niet langer is de televisiestudio het middelpunt van het bedrijf. Dat is de centrale redactievloer, waar uit de hele provincie (650.000 inwoners) het nieuws binnenkomt. Van hieruit wordt de informatie verspreid via de website, de apps en de socials en natuurlijk ook via radio en tv. Per doelgroep wordt beslist in welke vorm de berichten worden aangeboden en via welk kanaal. Op verschillende plekken in het gebouw hangen foto’s met een beschrijving van de verschillende mensen die Omrop Fryslân wil bedienen.
Mijn rondleiding door het bedrijf eindigt op de studiovloer. Televisie en radio blijven weliswaar belangrijk, maar zijn niet meer dominant. Hoewel de camera’s op het moment dat ik er ben in ruste zijn, is het de schijn die bedriegt. Bij een grote onverwachte gebeurtenis kan de studio in minder dan een uur volledig operationeel zijn. ‘Dan gaat er een knop om en komt iedereen als vanzelf in actie. We moeten eerder afremmen dan activeren’, zegt Ingrid Spijkers. De wil om te presteren zit tot diep in de poriën van de organisatie.
Omrop Fryslân heeft 150 mensen in dienst, waarvan 90 journalisten en werkt met een door de overheid ter beschikking gesteld budget van 13 miljoen euro, aangevuld met 5 miljoen euro onder meer ter bevordering van de Friese cultuur en voor educatieve programma’s voor basisschoolkinderen. Een mooi bedrag, maar geen vetpot. Regionale publieke omroepen hebben, vergeleken met Hilversum, niet de meest riante budgetten. ‘Een beperkt budget maakt creatief’, zegt Ingrid Spijkers. ‘Hilversum kan nog wat leren van hoe efficiënt we het hier doen’. Het is een opmerking die ik tijdens mijn rondgang langs de regionale publieke omroepen vaker heb gehoord.
Jongeren bereik je met humor
‘Jongeren bereik je met humor en door ze actief bij de programmering te betrekken. De Friese taal en cultuur zijn verbindend. Ze hebben minder met nieuws, hoewel dat afhangt van de manier waarop de feiten worden aangeboden’, aldus Ingrid Spijkers. Voor jongeren werken is een vak apart. Het lukt de omroep aardig om ze via Instagram te bereiken, maar daar doet zich ook meteen een probleem voor: de populaire kanalen, zijn eigendom van de Amerikaanse Big Tech-bedrijven. ’We willen niet overgeleverd? worden aan Big Tech’. Wat de publieke omroep ertegenover stelt is nog niet duidelijk.
Omrop Fryslân is terughoudend in het uitmelken van 112-nieuws, een gemakkelijke publiekstrekker. ‘Schieten, tieten en bandieten scoren altijd. We zijn er niet voor de clickbaits. Natuurlijk heb je bereik nodig om impact te hebben. Maar wat we doen moet in de publieke waarden passen. Als je alleen voor de grote aantallen gaat, dan maak je content waardoor de wereld om ons heen Sodom en Gomorra lijkt. Dat klopt niet met de werkelijkheid. Het beeld is veel evenwichtiger, dus gaan we voor een goede mix. We hebben een 112-liveblog met kleine dingetjes. Alleen als het groot nieuws is pakken we uit. We willen niet dat dit soort nieuws de dag domineert. Het is niet alleen belangrijk almaar te signaleren wat er misgaat -als er tegels gelicht moeten worden staan we vooraan- maar ook naar wat goed gaat en welke lessen daaruit te trekken zijn. Het gaat niet om de uitersten. Wij staan dicht bij ons publiek, waardoor bijvoorbeeld boeren, die onder vuur liggen, bij ons gemakkelijker hun verhaal durven vertellen. Het debat zoals dat doorgaans op de Nederlandse televisie wordt gevoerd kennen we allemaal: je zet vóór en tégen tegenover elkaar. Dat levert spetterende verhalen op. Maar met alle ellende in wereld is het belangrijk om óók aan feel good te doen. Onze Friese versie van Man Bijt Hond is een hit’.
Een Fries in IJsland blijft een Fries
Feel good wordt ook ingevuld met reportages over Friezen die hun provincie verlieten en naar elders emigreerden, zoals Jorrit de Jager uit Scharnegoutum die al twintig jaar in IJsland woont, het land van geisers en vulkanen. Hij vond er een baan als brouwer. ‘IJslanders en Friezen: hetzelfde soort mensen’, zegt hij. Op de website vertelt hij zijn verhaal. ‘Als het hier boven de 16 graden is, dan zitten de kinderen in onderbroek in de rivier om af te koelen’.
De Friese cultuur is voor Omrop Fryslân een belangrijke verbindende factor. Op de werkvloer wordt Fries gesproken, maar niemand wordt buitengesloten. Is er iemand die de taal niet machtig is, dan wordt er automatisch overgeschakeld op algemeen Nederlands. De website is er in twee versies: Fries en Nederlands. Voor zestig procent van de Friezen is het Fries de voertaal, negentig procent verstaat de taal. Dat is geen vorm van chauvinisme of stugheid, benadrukt Spijkers, het hoort gewoon bij de identiteit. Werd er in het verleden door de buitenwereld nog wel eens met argusogen naar die Friese identiteit gekeken, het tij is aan het veranderen, zo merken ze in Leeuwarden. Ingrid Spijkers prijst de samenwerking met de nieuwsredactie van de NOS en Omroep Max, die de regio heeft omarmd.
Samen met Omroep Max wordt op landelijke televisie aandacht besteed aan evenementen zoals het skûtsjesilen, een operatie die ze bij Omrop Fryslân zien als de Friese Tour de France. Het is niet alleen een sportief spektakel, maar ook technisch een huzarenstukje met reportagewagens op pontons die een videoverslag uit de eerste hand mogelijk maken. Daar wordt -zo blijkt uit de cijfers- door Friezen over de hele wereld naar gekeken. Ingrid: ‘Dat is die Friese trots, hè’.
Had ‘Hilversum’ in het verleden nog wel eens moeite met het uitzenden van onderwerpen in de Friese taal, die koudwatervrees lijkt verdwenen. Nieuwsonderwerpen in het Fries worden nu ook door de NOS uitgezonden en ondertiteld.
Een volwassen omroep
De regionale publieke omroep is volwassen geworden, constateert Spijkers. De tijd dat critici konden zeggen ‘ze halen de onderwerpen uit de Leeuwarder Courant’ is voorbij. ‘We bewandelen ons eigen pad. We maken andere keuzes en volgen een eigen agenda. Dat is ons bestaansrecht. Net als het feit dat we voor kleine groepen kunnen werken. Fierljeppen en kaatsen zijn commercieel geen kaskrakers, maar ze horen wel tot onze taak’.
Hoe zou het zijn als er geen Omrop Fryslân meer zou zijn?
‘Alles waar de Friezen trots op zijn, is dan niet meer in beeld’.
TON VERLIND
| De top vijf van door Ingrid Spijkers aanbevolen initiatieven van Omrop Fryslân |
1) Educatieve programma’s voor de basisscholen 2) Documentaire over de achtergrond van het veelbesproken Sunneklaasfeest 3) HEA! Over gewone bijzondere Friezen 4) Wat de samenwerking met de streekomroepen oplevert 5) Verbinding met jongeren |
Lees ook:

Graag alle benamingen zoveel mogelijk in het Fries, maar ‘wherever she lays her hat, that’s her home’. Grappig….